Naar mijn mening is Guus Kuijer een held. Eigenlijk is met deze zin alles gezegd, want ik denk dat er niet genoeg complimenteuze woorden bestaan om zijn boeken met vloeiende schrijfstijl, humor en intellect te beschrijven. Guus Kuijer verheft het geschreven woord tot een kunst, terwijl de schrijfstijl tegelijkertijd toegankelijk is en “gemakkelijk” aanvoelt, waardoor een mens hoop krijgt zelf ook eens zo goed te kunnen schrijven. Ik moet je bekennen dat Guus Kuijer nog zo’n beetje de enige reden is waarom ik een Twitter account heb. Zijn tweets gaan onder andere zo: “Ik zie je met mijn ogen dicht omdat je licht bent.” Hoe geniaal is dat? Nee, even serieus, hoe geniaal en mooi en lief is dat?
Ik heb mezelf dan ook verbaasd dat ik niet eerder “De bijbel voor ongelovigen, het begin Genesis“ had gelezen. Ik voelde me misschien niet tot de juiste doelgroep behoren door de titel. Ik ben namelijk wel gelovig, maar aan de andere kant ben ik niet religieus. Als jij je ook enigszins afgeschrikt voelt door de titel, dat is niet nodig – of je nou gelovig bent of niet. Ik was erg nieuwsgierig naar de ontvangst van dit boek door Christenen, maar zelfs de EO looft Guus Kuijer, ook al geven ze de kanttekening dat het boek voor Christenen soms wat verwarrend kan zijn. Oftewel, als je kunt lezen, lees dit boek dan gewoon.
Welnu, laat ik eens inhoudelijk over het boek beginnen:
“De Bijbel is een fascinerend boek. Onze westerse cultuur is ondenkbaar zonder het heilige boek van de joden en de christenen. Maar wie niet gelovig is, leest het niet. En dat is jammer, want het bevat een aantal van de allermooiste verhalen uit de wereldliteratuur. Guus Kuijer vertelt ze na voor ongelovigen. Te beginnen met het eerste boek, Genesis. Genesis is de familiegeschiedenis van een groep koppige mensen onder leiding van Abraham, die vanuit Irak in Egypte terechtkomt. Het boek bevat ook de verhalen over Adam, Eva en de slang, over de zondvloed en de toren van Babel. Al die verhalen vertelt Kuijer opnieuw, vanuit het perspectief van een zoon of een vrouw, een verschoppeling of een bastaard, en daardoor worden de bekende verhalen nieuw en verrassend. Zowel voor wie de Bijbel kent als voor wie er nooit in las is De Bijbel voor ongelovigen een reis door een bekende wereld die ons toch zo vreemd is. De Bijbel van Kuijer leest als een roman.”
Het boek bestaat uit verschillende delen waarbij in elk nieuw deel er vanuit een ander perspectief wordt geschreven. Er zijn vijf vertellers, namelijk Adam, Cham, Selach, Sarai en tenslotte Ben-Oni. Zoals Guus Kuijer steevast bij elke verteller schrijft wanneer hij/zij zijn/haar voorouders opnoemt: ‘Ik zou het op prijs stellen wanneer u deze namen uit uw hoofd leerde opzeggen, ook in omgekeerde volgorde.’ Het boek begint met God en de creatie, voordat Adam het woord neemt. Wie had gedacht dat de schepping zo hilarisch verwoord had kunnen worden? Op de eerste pagina staat al een beeldige zin: “Er is niets. Ik moet er maar iets van maken.” Vervolgens gaat het boek dus over Adam en de delen in het boek worden chronologisch opgevolgd door zijn nakomelingen. De verschillende personages zetten hun vraagtekens bij God, maar voornamelijk bij het begrijpen van God en de wereld om hen heen. Deze verwondering en vraagtekens maken de bijbel verhalen menselijker en toegankelijker, vooral voor het sceptische brein. Het is wellicht ook wel de verwevenheid van menselijke twijfel die deze roman zo succesvol en leesbaar maakt. Zo twijfelt Cham, de zoon van Noach, aan zijn vader’s opdracht om een ark te bouwen voor de zondvloed. Hij is uiteindelijk wel de zoon die Noach helpt, maar voornamelijk omdat hij wilt dat zijn vader stopt met het overmatig drinken van wijn. Als de zondvloed eenmaal plaats heeft gevonden, twijfelen Cham en zijn broers over de keuzes die ze hebben moeten maken en worden ze overigens ook nog eens hondsdol van de meegenomen insecten.
De twijfel en verwarring in het boek zijn niet alleen gericht op God, maar ook gekoppeld aan de wereld om de personages heen. Wanneer Selach een toren bouwt om kennis op te doen ontstaat er spraakverwarring. Guus Kuijer legt prachtig uit dat zelfs met het spreken van dezelfde taal je niet per se dezelfde taal spreekt: “Hij verstond mijn woorden, maar hij begreep ze niet. De mensen in Sinear spraken allemaal dezelfde taal, maar het is de vraag wat taal precies is. Soms lijkt het vooral een instrument waarmee begrip en verwarring wordt gezaaid, terwijl het op het eerste gezicht bedoeld lijkt om er iets mee duidelijk te maken.” Wat de quote overigens eigenlijk hilarisch afmaakt is de zin die erop volgt: “Ik begreep mezelf evenmin.”
Het zijn dan ook niet perse de verhalende delen die het boek zo interessant maken, maar vooral de belichting van de twijfel, jaloezie, ongehoorzaamheid en tegenspraak van de personages. Ik vind dat het lef toont om over de verhalen uit de Bijbel een roman te schrijven en dat het vakmanschap toont om er ook nog eens in te slagen er een briljant boek van te maken. Voor iedereen die van prachtige zinnen houdt, humor kan waarderen en die kan accepteren dat ook Bijbelse figuren hun twijfels hebben, lees dit boek!
Beoordeling: